Materiaal | Docenten Helpen Docenten: Collegiale Observaties

Leerkrachten kunnen elkaar observeren voor professionele ontwikkeling. Deze observaties zijn vertrouwelijk en niet evaluatief van aard.

Collegiale observaties hebben voordelen voor zowel de observeerder als de geobserveerde leerkracht:
- Observatoren zien nieuwe technieken in actie, doen nieuwe ideeën op voor hun eigen onderwijs toolkits en kunnen reflecteren op hun eigen aannames, overtuigingen en onderwijspraktijken gebaseerd op wat ze zien.
- Geobserveerde leerkrachten hebben baat bij het analyseren van de beschrijvende gegevens die de observator verzamelt over interacties in de klas en de klasomgeving; ze kunnen ook groeien door discussies die voortkomen uit vragen van observatoren en suggesties om leerresultaten te verbeteren.
- Op basis van hun discussies en reflecties kunnen deelnemers actieplannen of actieonderzoeksprojecten ontwikkelen om hun onderwijspraktijk te verbeteren.
- Collegiale observaties kunnen ook de kameraadschap verbeteren, de samenwerking verdiepen en het zelfbewustzijn van de deelnemende leerkrachten vergroten.

Fasen van collegiale observatie:
- Pre-observatie bijeenkomst: De observator ontmoet de leerkracht voor de les om te leren over de focus en de doelstellingen van de les. De leerkracht moet een aandachtsgebied definiëren, misschien gerelateerd aan iets dat hij/zij wil verbeteren of een probleem dat hij/zij probeert op te lossen. Zorg ervoor dat jullie het beiden eens zijn over hoe de observatie zal worden uitgevoerd (duur, zitplaats, enz.) en wanneer de nabespreking zal plaatsvinden.
- Observatie: De geobserveerde leerkracht moet de leerlingen voor de les informeren over de observatie. De observator moet een paar minuten eerder arriveren en zo onopvallend mogelijk zijn: zit achter in het lokaal; richt zich alleen op de observatie en observeert de hele les (of het afgesproken segment); wees onbevooroordeeld en maak gedetailleerde beschrijvingen ter voorbereiding op de nabespreking.
- Post-observatie gesprek: Dit is het belangrijkste deel van het observatieproces. Reflectie voor deze bijeenkomst en de discussie over wat er gebeurde in de klas is wanneer het echte leren voor zowel de leerkracht als de observator plaatsvindt. Leerkrachten moeten elkaar met respect behandelen en hun mening op een vriendelijke en constructieve manier geven. Deelnemers moeten actieplannen/doelen stellen op basis van wat ze leren. Beide leerkrachten moeten weggaan met het gevoel dat ze iets nieuws hebben geleerd en daardoor betere leerkrachten zullen zijn.