Deze les over biowetenschappen voor klas 1-3 laat leerlingen mieren in hun natuurlijke omgeving observeren en ermee experimenteren. Na het schetsen van een mier uit het hoofd gaan de leerlingen naar buiten om de bewegingen en het gedrag van de mieren te bekijken. Daarna voeren ze eenvoudige experimenten uit zoals het onderbreken van hun spoor, het plaatsen van obstakels of het aanbieden van voedsel om te zien hoe mieren reageren en zich aanpassen. Leerlingen noteren hun bevindingen, volgen mierensporen en keren later terug naar het klaslokaal om geïllustreerde observatieverhalen te maken met behulp van gegevensbladen. Deze praktische les ontwikkelt vaardigheden op het gebied van observatie, gegevensverzameling en kritisch denken, terwijl de nieuwsgierigheid naar het gedrag van dieren en de natuur wordt gestimuleerd.